
Het televisietoestel zou, los van mevrouw zelf, wel eens hét icoon van de blootfotografie kunnen zijn geweest. Veel vaker dan ik geliefden in of bij de gezinsauto zie afgebeeld, poseerden ze in hun huiskamer bij hun eerste dan wel het nieuwste model tv-toestel. Ook andere statussymbolen als de openhaard, de strandvakantie, de kunst aan de muur en haar bontgoed leggen het af bij de toegevoegde waarde die het kastje aan een blootfoto verleende. Ik stel het vooralsnog alleen vast waar het gaat om de zwartwitbak. Snapshots en portretjes waarbij voor de kleuren-tv een even prominente glansrol was weggelegd, ben ik nog niet tegengekomen.
Deze foto is van 1958. Daarmee dringt zich een raadsel op, want de mevrouw die we hier zien draagt toch echt een panty. Kan niet waar zijn, volgens Wikipedia, aangezien die pas in 1967 op de markt kwam. Hoe nu? Wat ken ik zoal nóg aan damesondergoed dat aan deze ‘nylonkous met broekje in één’ vooraf kan zijn gegaan? Ik gok op Google op ‘step-in’, maar die lijkt er dus in niets op.
Na wat langer zoeken verschaft de website van de ‘De pantyspecialist’ een ander geboortejaar van de panti-legs. Het kledingstuk zou al uit 1953 dateren, met de Amerikaan Allen Gant als de bedenker ervan. Hij zou ervoor op het idee zijn gekomen dankzij zijn echtgenote, die steeds haar kousen aan haar onderbroek vastnaaide. Maar ook weer een lastige: diezelfde pantyspecialist weet te vertellen dat het na Gants uitvinding nog een decennium duurde alvorens ‘de gewone vrouw’ ook daadwerkelijk panty’s ging dragen.
Ik heb sterk de neiging om te beweren dat we op deze blootfoto ‘dus’ wel eens met mevrouw Gant te maken zouden kunnen hebben, om zoiets dan verder uiteraard niet meer kapot te checken. Maar ja, haar man Allen was een textielmagnaat, lees ik dan ook weer op de De pantyspecialist. En laten we eerlijk zijn: de woonomgeving waarin zij is geportretteerd, lijkt natuurlijk in niets op wat je je bij een textielmagnatenmilieu voorstelt.
Er schuilt desondanks wel een gehalte aan glamour in deze blootfoto. Gelet op haar hakjes en de strapless beha staat er een gebeurtenis op stapel waarbij zij met de nodige présence haar opwachting zal maken. De gedécolleteerde feestjurk ligt links van haar al over een stoel gedrapeerd.
Ik moet vanuit mijn werkkamer naar mijn vrouw boven roepen of het normaal is dat je een onderbroek óver een panty draagt, waarop zij ontkennend antwoordt: ‘… Nou ja, in sommige landen misschien.’ Ze voegt eraan toe dat ze in Cannes ook wel eens een vrouw van het damestoilet heeft zien komen die ook gewoon géén onderbroek onder een panty aanhad. Maar dat vond – en vindt – zij ‘best gek’.
In een kinky textielmagnatenmilieu, of anders bij wijze van testcase in de pioniersjaren van de panty, had het misschien best gekund, fantaseer ik er zelf achteraan.
Aan het uitvogelen wat die zwarte band rond haar middel nou precies voor ding is, ben ik nog niet begonnen. Eerst nog een ander mysterie: de tinten die zijn overgebleven op deze 60 jaar oude foto. Ze lijken nog tamelijk origineel op het hout van de tv, op dat van de kozijnen, het vloerkleed en in de stoffen van de gordijn. Maar het is zo lastig om me met die, tegen het paars aan zwemende, donkerbruine panty’s als modekleur van de fifties te verzoenen.
Nog maar weer eens naar boven geschreeuwd.
‘Hé, Mirjam…, droegen vrouwen vroeger dan ook donkerbruine, tegen het paars aan zwemende panty’s als ze bijvoorbeeld uit gingen…?!’