De Vliegende Kleermaker

François Reichelt, omringd door vrienden en journalisten, luttele ogenblikken voordat hij zich naar de eerste etage van de Eiffeltoren zal begeven, om daar tot ieders ontzetting toch zélf vanaf te springen. Ik had het schokkerige filmpje dat ervan is geschoten al eens gezien in een aflevering van Geert Maks tv-reeks In Europa, en waar ik doorgaans meteen wegkijk bij dit soort beelden staat dit fragment van hooguit een paar seconden nog altijd op mijn netvlies gebrand.

Foto’s van de gebeurtenis zelf zijn er bij mijn weten niet; vermoedelijk konden de camera’s van toen de snelheid waarin die zich voltrok ook nog niet registreren, maar de ogenblikken ervoor en erna zijn wel degelijk in stills vastgelegd. Op Wikipedia zag ik er enkele waarop Reichelt al op de – boven op een tafel geplaatste – stoel is geklommen die hem op min of meer gelijke hoogte met de reling van de Eiffeltoren bracht. Op YouTube is, dan gefilmd vanaf dezelfde plek, aansluitend ook het moment te zien dat hij nog even lijkt te dralen en schutteren alvorens hij zijn sprong in de diepte waagt.

‘Waagt’ is hier, net als trouwens ‘dralen’ en ‘schutteren’, misschien als omschrijving verkeerd, want de laatste woorden van François Reichelt zijn ‘a bientôt!’ geweest, als om te onderstrepen dat hij geen enkele bedenking had over de afloop van zijn claim to fame.

Reichelt, een rond zijn twintigste van Oostenrijk naar Frankrijk geëmigreerde kleermaker, had daar ook wel enige reden toe. In zijn op de vijfde verdieping gelegen, Parijse atelier aan de Rue Gaillon had hij eerder al paspoppen in zelfgemaakte parachutes met wisselend succes naar de stoep laten zweven. Daarna waren ook de keren waarbij hij zelf aan een valscherm naar beneden stortte voor de ‘Vliegende Kleermaker’ klaarblijkelijk beloftevol gebleken.

Wikipedia maakt melding van krantenberichten uit L’Ouest Eclair en Le Matin over twee van die tests. Bij de eerste was het een berg strobalen die zijn val brak, de tweede maal was het enkel een gebroken been waardoor hij voor even van verder experimenteren af moest zien. Met zijn derde poging beoogt Reichelt op zondag 4 februari 1912 alsnog de prijs van 10.000 francs in de wacht te slepen die in 1911 door een kolonel was uitgeloofd voor de uitvinder van de eerste bruikbare legerparachute.

François Reichelt staat er op deze, op een veiling door mij aangekochte foto van het persbureau Agence Rol, bij in het pak waarvan de brede kraag zich aanstonds moet openvouwen tot een wolk van zijde. Hij heeft het bij vertrek uit de Rue Gaillon al aangetrokken, wat bij de aanwezige autoriteiten op zijn minst tot verbazing zal hebben geleid. Per slot van rekening heeft hij hen bij de aanvraag van zijn vergunning toch verzekerd dat het opnieuw een paspop zou zijn die de skydive ging maken.

Zijn naar de Champs de Mars meegekomen vrienden verklaren ook achteraf tegenover de politie dat ze Reichelt tot op de laatste seconde hebben geprobeerd van die verwisseling van rol te weerhouden. Merkte hij dan niet hoeveel wind er op en rond de Eiffeltoren stond? Kon hij dan in elk geval niet wachten tot die enigszins was geluwd?

Maar, eenmaal op die stoel, wil François Reichelt dus van geen wijken meer weten. Kort voordat hij geschiedenis schrijft, laat hij een verslaggever van Le Petit Journal nog weten dat hij volledig op zijn materiaal vertrouwt, zodat zoiets als een bungeejumptouw gerust achterwege kan blijven.

De eerste etage van de Eiffeltoren bevindt zich op 57,63 meter hoogte. Wat in elk geval toentertijd (ik heb geen verstand van parachutes) veel te laag was om iemand van 75 kilo, zwevend op zijden vleugels, veilig op de grond te doen belanden. Vrij vertaald schreef L’Illustration er een week later dit over: ‘Hij stierf met het geloof en een moed waar de onthutsende eenvoud ervan het verbiedt om van waanzin te spreken.’