
Laten we de camera’s van de blootfotografen eens omdraaien, dus hun kant op. Wat voor mannen zien we dan zoal? Twee archetypen springen er alvast uit. Die van de jager en de verzamelaar.
Geheel aan de linkerzijde van het spectrum hebben we de jager ofwel de stiekeme fotograaf. De struikrover die het bij de uitoefening van zijn liefhebberij moet hebben van snapshots die altijd in het geniep tot stand komen. De jager is in zijn element op het strand, op (naakt)campings en in huiselijke situaties waarin zijn prooi in het geheel niet op zijn fototoestel en hem bedacht is. Hij sluipt graag naderbij als zij op haar buik ligt te zonnen, wanneer ze in bed of elders even een tukje doet, in de badkamer haar toilet maakt, of voorovergebukt met een huishoudelijke klusje druk is.
Aan de uiterste rechterkant van het tableau de la troupe hebben we de verzamelaar ofwel de serial shooter. De man die zijn echtgenote of vriendin altijd en overal bloot mag fotograferen en daar in sommige gevallen ook een zaak van lange adem, zoniet een levensvervulling van heeft gemaakt. De serial shooter manifesteert zich ook weer in een paar gedaanten. In het oeuvre van de een zie je de mateloze bewondering voor haar en/of die voor haar lichaam weerspiegeld in aandoenlijke en vaak genoeg ook creatieve portretten.
De fascinatie van zijn tegenpool is eenduidiger. Hij verzamelt blootfoto’s van zijn vrouw zoals een ander postzegels of kroonkurken. Hij kan daarbij worden gedreven door voyeurisme of een andere vorm van dwangmatigheid. Of hij heeft ze alleen maar gemaakt omdat het kón, dus als logisch uitvloeisel van een gewoonterecht.
De foto’s van de Amerikaan ‘Henry’ hieronder vallen onverbiddelijk in de obsessieve categorie. In de jaren dat ze samen waren, schoot hij in totaal ten minste 5500 foto’s van zijn vrouw en muze Martha. Of preciezer: voornamelijk van haar borsten. Toonde Martha zich geruime tijd bereidwillig om met ontbloot bovenlijf voor hem te poseren, op zeker moment was ze het klaarblijkelijk ook zat. Ze verdween uit Henry’s bestaan, maar niet dan nadat ze een fors deel van ’s mans verzameling ‘uit het raam had gegooid’.

Van Henry is na die rampzalige dag weinig of niets meer vernomen. Hij trok zich als kluizenaar terug in de bossen van noordwest-New Jersey, waar hij leefde van wat de wildernis hem aan buit opleverde. Wat er overbleef van zijn blootfoto’s en latere fotocollages van Martha werd door vrienden van het echtpaar gevonden in hun verlaten huis in een buitenwijk van New York. Ze werden overgedragen aan de Nederlandse fotografe en kunstenares Mariken Wessels, die in 2015 een groot aantal ervan als amateur art opnam in haar boek Taking off. Henry my neighbor.
Complete foto-albums of anderszins bewaard gebleven collecties van serial shooters die hun vrouw over een heel lange periode (bloot) fotografeerden, zijn op veilingen onvindbaar. En als ze al eens te koop worden aangeboden dan is het al gauw voor tienduizenden dollars.

De Duitser Eugen Gerbert was als serial shooter overduidelijk van de liefhebbende en bewonderende soort. Ik bedoel in dit verband: niet al te getikt, hoewel hij van de blootportretten van vrouw Gerti wel een zéér uitvoerige inventaris aanlegde. Op lange, handgeschreven lijsten hield hij bij waar en wanneer hij ze gemaakt had, op welk uur van de dag, welk diafragma hij erbij had gebruikt en wat voor filters.


Deutsche Bahn-beambte Gerbert leefde van 1923 tot 1995. Gerti droeg voor haar overlijden in 2017 diens complete archief over aan de Hamburgse verzamelaar en uitgever Siegfried Sander, die er een fijne en betaalbare publicatie aan wijdde.
De foto’s bij dit stukje zijn van een – waarschijnlijk Franse – meneer die een milde tussenvariant van serial shooting beoefende. Hij was een verklaarde liefhebber van het ambacht en van de vrouw die hem bij de uitoefening daarvan terwille was, maar ook wel een tamelijk fantasieloze.
Aan de haardracht en de al dan niet ontbrekende oorbellen van mevrouw te zien, waren het verschillende sessies waarin hij met zijn fototoestel los kon gaan. Maar dat ie van de gelegenheden ook gebruikmaakte om haar eens van plek of houding te laten wisselen – ho maar. Het gaat bijna letterlijk van het kastje naar de muur. Er zijn blootfotografen die je zo’n prachtige en coöperatieve vrouw als deze gewoon niet gunt. Die zouden voor zich uit starend over een bouwput, en met de fiets nog aan de hand, beter tot hun recht komen.
Het mag niet wegnemen dat ik heel blij ben met de 13 foto’s uit dit oeuvre die ik wist te bemachtigen. Ik schreef het al: kom er nog maar eens om. Het is wel amateur art per slot van rekening.
