Een enkele blootfotograaf koppelde die liefhebberij aan het verlangen om zich ook als wildlife-fotograaf te kunnen manifesteren. De meesten van hen namen daarvoor hun geliefde mee naar buiten, waar zij uitgedost als hula-meisje, krijger, witte squaw of het een of andere natuurwezen ‘in het wild’ gestalte gaf aan zijn fantasieën over oervrouwen.
Heel soms blijkt er ook binnenshuis op zo’n archetype te zijn gejaagd. Ik vernam laatst dat er een boek bestaat met de titel The Wild Man at Home uit 1879. Hoewel ik er de hand nog niet op heb kunnen leggen, verbeeld ik me dat er foto’s als deze in zouden kunnen staan. Ik fantaseer er meteen ook maar kamers vol opgezette dieren, geweien, hoorns, dierenvallen en wapens aan de muren bij. Mooiste trofee in die collectie van de indoor-wildlife-blootfotograaf: de vervaarlijke boskat in de persoon van zijn vrouw – getemd en wel.
Deze twee negatiefjes zijn van Duitse herkomst, en ik schat dat ze in de jaren zeventig zijn gemaakt. Het gasmasker kan niet verhullen dat het op beide blootfoto’s dezelfde jonge vrouw is die ervoor poseert. Gezien de sieraden die ze op de ene foto wél en de andere niet draagt, heeft ze op verschillende momenten zijn prooi gespeeld. Haar beteuterde blik op de rechterfoto kan erop wijzen dat ze het niet fijn vond dat ze door haar pelsjager opgespoord en gevangen was.
Of, kan natuurlijk ook: ze vond het hele gedoe nog niet het flauwste glimlachje waard.